Met de Interceptor naked bike en de Continental GT caféracer had Royal Enfield al een degelijke basis in de middenklasse, die de fabrikant de voorbije jaren uitbreidde met de Super Meteor cruiser en de Shotgun. Met de Bear 650 voegt Royal Enfield nu een coole scrambler aan het platform toe en die konden wij in primeur testen in de woestijn van Palm Springs, Californië.
Eigenlijk had de presentatie in de heuvels van Big Bear moeten plaatsvinden, tot zware bosbranden daar een stokje voor staken en Enfield verplicht werd om het hele evenement te verhuizen. Tot ontgoocheling van Eddie Mulder, de man die in 1960 op zestienjarige leeftijd de Big Bear Run won op een Royal Enfield en daarmee de marketeers van Enfield inspireerde voor de naam van het nieuwe model.
Redelijk hetzelfde, toch nieuw(s)
De Bear is een rechtstreekse afgeleide van de Interceptor, al zijn volgens de ingenieurs wel degelijk twee derden van de onderdelen nieuw. Het ronde TFT-dashboard met connectiviteit herken ik van de Guerrilla 450, het brede stuur heeft in scrambler-stijl een crossbar terwijl de voetsteunen lager en verder naar voren staan.
De zijstandaard is een tikkeltje kort afgezaagd waardoor de motor in rust redelijk overhelt. Zet je hem rechtop om te vertrekken, dan voel je meteen dat de 214 kilo wegende Bear niet de lichtste machine is.
Rem- en koppelingshendel zijn instelbaar, rijmodi zijn er niet en dus ben je snel op weg. De sound uit de nieuwe 2-in-1 uitlaat is best aangenaam, het nieuwe uitlaatsysteem zorgt voor acht procent meer koppel dan in de Interceptor, het vermogen bleef onveranderd.
In plaats van de uitlaat hoog langs de motor te leiden (de oplossing die de meeste merken gebruiken als ze een scrambler ontwerpen, met alle gevolgen van dien voor je billen die al snel het kookpunt bereiken), bedacht Enfield een 2-in-1 uitlaat die meteen na de rechter voetsteun omhoog knikt om op die manier meer grondspeling te creëren. Ziet er fraai uit, beperkt de ruimte voor de rechtervoet wel een beetje.
Aan de bak
Met 47 pk en 56 Nm voor 214 kilo weet je dat de Bear geen sportmotor is, beschouw ‘m dan ook als een budgetvriendelijke genietersmotor die voor z’n prijs best goed afgewerkt is. Metalen spatborden, stickers onder de lak en een fraai TFT-dashboard zetten de kwaliteit in de verf. De bruine en blauwe zadels op sommige modellen voelen wel nog plastiekerig aan en de unit van remlicht en knipperlichten is nogal fors uitgevallen.
Koppeling en versnellingsbak werken soepel, op de Interstate westwaarts richting Los Angeles wordt echter al snel duidelijk dat je op de snelweg niet veel te zoeken hebt met de Bear. Ook niet zo gek op een scrambler: met het brede stuur, vlakke zadel en de afwezigheid van windbescherming hang je al snel als een vlag aan de motor te wapperen. Het is dan ook niet erg dat de Bear het bij 164 km/u voor bekeken houdt, meer snelheid zou je biceps en nekspieren al te zeer op de proef stellen.
Aaibaar, maar een beetje stug
Hoewel de Bear over het hele toerenbereik acht procent meer koppel kreeg, moet je het vooral bij de paarden zoeken als er tempo gevraagd wordt op de slingerende bergwegen van Southern California. Waarbij je vroeger dan verwacht kennismaakt met de begrenzer, die haalt immers bij 7.500 toeren de teugels strak aan.
In de lange doordraaiers staat de Bear zijn mannetje, het kortere gooi- en smijtwerk is minder aan hem besteed want dan voel je de kilo’s toch wel opspelen. De Enfield vraagt een beetje input om op hellingshoek te gaan, al is het stuur daarvoor voldoende breed en je kunt ‘m ook wel een por met je knie verkopen.
Op perfect asfalt houdt de Bear zich plichtsbewust aan de uitgezette lijn, laat de kwaliteit van de bestrating te wensen over dan moet je de Enfield toch wat strakker in het gareel houden.
De stereovering achter is nogal stug van aard en op slecht wegdek wil het achterwerk bij een snedige rijstijl een beetje aan het dribbelen gaan. De voorrem (een combinatie van een dubbelzuigerremklauw met een 320 mm schijf) oogt op papier basic, maar voldoet ruimschoots en de Showa upside-down vork gaat ook onder volle remdruk niet te ver door de knieën. Prima.
Op het offroad gedeelte blijkt al snel dat de Bear toch vooral een wegmotor met scramblerlooks is. Op los gravel wil het allemaal nog wel, de eerste de beste uitgespoelde groef is goed om de 130 mm veerweg voor en 115 mm achter volledig op te gebruiken en de boel droogjes te doen doorslaan.
Voor je graveluitstapjes kan je met een knop op de rechter stuurhelft wel het ABS op het achterwiel uitschakelen terwijl het ABS op het voorwiel een beetje slip toestaat. Na een uur of vier lekker kachelen voel ik mijn knoken wel een beetje opspelen. De complete afwezigheid van windbescherming, het vrij harde zadel en de stugge achtervering hebben m’n ruggenwervels niet gespaard. Of misschien hadden we vandaag gewoon een beetje rustiger moeten rijden, dat kan het ook zijn.
Conclusie
Net als de Intercepter en de Continental GT is de Bear een motor die je om de juiste redenen moet kopen. Niet om de snelste te zijn, wel om in stijl en aan een ‘redelijke’ snelheid te genieten van een motor die je geen arm of been heeft gekost. Verwacht je sowieso niet aan een vervaarlijk grommende grizzly want de Bear is veel meer een teddy. Sympathiek, zachtaardig en met een bijzonder hoge aaibaarheidsfactor.
Lees de uitgebreide test in het novembernummer van KicXstart, uit op 8 november
Motor: 648cc, 4 kl./cil., luchtgekoelde paralleltwin, SOHC
Boring x slag: 78 x 67,8 mm
Compressieverhouding: 9,5:1
Max. vermogen: 47,4 pk @ 7.150 tpm
Max. koppel: 56,5 Nm @ 5.150 tpm
Brandstofvoorziening: injectie
Transmissie: zesbak, ketting
Frame: stalen dubbel wiegframe
Voorvering: 43 mm Showa upside-down, niet instelbaar, veerweg 130 mm
Achtervering: Showa stereovering, veervoorspanning instelbaar, veerweg 115 mm
Voorrem: 320 mm schijf met axiaal gemonteerde ByBre dubbelzuigerklauw, ABS
Achterrem: 270 mm schijf met ByBre enkelzuigerremklauw, ABS
Banden voor/achter: 100/90-R19 / 140/80-R17 (MRF Nylorex)
Wielbasis: 1.460 mm
Balhoofdhoek/naloop: n.b./n.b.
Gewicht: 214 kilo (rijklaar)
Zithoogte: 830 mm
Tankinhoud: 13,7 l
Prijs Nederland: n.b.
Prijs België: n.b.
Tekst Bart De Schampheleire • Fotografie Royal Enfield Media Crew