Voor de tweede keer op rij heeft Kawasaki de meeste nieuwe motoren in Nederland weten te verkopen. Genoeg reden dus om met Henk Salomons, Branch Manager van Kawasaki Benelux, het gesprek aan te gaan over deze prestatie en de motormarkt eens onder de loep te nemen.
“Het is nu zichtbaar voor iedereen dat we in Nederland de meeste nieuwe motoren hebben verkocht, omdat we in absolute cijfers op plek 1 staan. Voor het tweede jaar op rij. Alleen komt het voor ons niet uit de lucht vallen, want al jaren zijn we het bestverkopende motormerk als je 125cc en motorscooters wegneemt uit de cijfers. Scooters hebben we niet in ons assortiment zitten en de 125 cc-markt is in Nederland natuurlijk echt heel erg nihil door regelgeving. Doordat we de afgelopen twee jaar nog even een stapje succesvoller zijn geworden, is het nu een stuk duidelijker geworden. Maar zoals gezegd, we waren al een flinke periode de marktleider als het aankomt op ‘echte’ motoren. En weet je, het was geen doel op zich om de grootste van Nederland te zijn, maar stiekem is het natuurlijk wel fantastisch dat het gebeurde. Uiteraard willen we dat nu vasthouden.”
“Ik ga de concurrentie natuurlijk niet wijzer maken, maar eigenlijk is het allemaal niet zo moeilijk. Het is een mix van enkele ingrediënten die zorgen voor succes in de verkoop. Allereerst heb je goede producten nodig, dat is natuurlijk een vereiste. Verder moet je een netwerk hebben, dealers dus die je motormerk op een goede manier ondersteunen. Combineer dat dan met zichtbaarheid en je kunt er zeker van zijn dat je resultaat boekt. Het is dus echt geen rocket science wat we hier bij Kawasaki verrichten. Daarnaast heb je ook nog te maken met bepaalde factoren die je zelf wat minder goed in de hand hebt, maar die zeker kunnen helpen. Zo blijkt Kawasaki een bepaalde aantrekkingskracht te hebben, vooral onder jongeren. Ze vinden het vaak een sexy merk, dat iets mystieks heeft. Dat zingt rond en verspreidt zich als een olievlek. Dat is natuurlijk mooi meegenomen.”
“Het is echt geen rocket science”
“Er is een serieuze stijging te zien in het aantal motorrijbewijzen, wat met name komt doordat jongeren het motorrijden weer ontdekt hebben. Daar is een aantal redenen voor, die precies hetzelfde zijn als dertig jaar geleden. Men wil vrijheid ervaren en dan maakt het ook niet eens uit wat voor een motorfiets je rijdt. Daar draait het om, evenals de kick die je ontvangt van een motor. Het ‘even weg zijn’ en vrijheid voelen. De acceleratie, het plezier van bochten nemen, dat soort zaken. Vaak wordt het fileprobleem ook aangehaald, maar dat is marginaal. Het commuten om echt van A naar B te gaan neemt wel iets toe, maar voor veel motorrijders is het vooral een hobbyproduct. En niet vergeten: het is hartstikke gezond voor je mentale gesteldheid.”
“Voor een deel kan ik er wel positief naar kijken, omdat je meer goedkope motoren op de markt krijgt. De drempel kan hierdoor verlaagd worden voor sommige mensen, alleen schuilt er wel een probleem achter. Uiteindelijk zullen ze toch duurder uit zijn dan met een Japanse motorfiets. Om met een mooi woord te spreken: de cost of ownership ligt namelijk hoger. De aanschafprijs is uiteraard aantrekkelijk, maar de mensen die nu een Chinese motor willen inruilen, zullen al gauw merken dat die motor ineens de helft minder waard is geworden. Ik vind ze op dit moment dus echt nog wel te duur en het zal echt een jaar of vijf à zes duren voordat ze in de buurt van de Japanse merken kunnen komen.”
“Het zijn nog geen merken, vind ik. Dat woord kun je pas gebruiken als je je bewezen hebt. Daar heb je gewoonweg een jaar of twintig voor nodig. Verder is het natuurlijk vooral kopiëren en plakken, dat kan in principe iedereen. En ja, ook daar kun je groot mee worden, maar uiteindelijk gaat er een schifting komen. Vergeet niet, tig decennia terug had je ook heel veel Japanse motormerken. Nu kennen we er slechts vier, maar dat waren er bijna vierhonderd. Er blijven dus echt wel enkele Chinese merken over in Europa, misschien één of twee, wellicht zelfs drie. Ze zullen echter eerst eens wat races moeten winnen of een revolutionaire techniek of motormodel moeten introduceren. Dan maken ze wat meer kans om succesvol te worden.”
“Je hebt goede producten nodig, dat is natuurlijk een vereiste.”
“Ik zal het je alvast verklappen, we gaan weer de marktleider zijn en bouwen onze plek verder uit. Ik weet natuurlijk waar de concurrentie mee komt en dan maak ik me geen zorgen. De nieuwe Z1100 is niet aan te slepen, die hebben we al drie keer bijbesteld. Daar gaan we er echt honderden van verkopen. En wat te denken van de KLE500. Ook dat model gaat een verkooptopper worden, let maar op.”
“Ik ben een echte racefanaat, altijd al geweest. Dat vind ik eigenlijk het leukste aan de gehele motorhandel en mijn droom is dan ook om gelijk het WK Sportbike te winnen met Veneman of Artigas, de twee rijders van MTM Kawasaki. Het team is het meest succesvol geweest in het WK Supersport 300 (opgeheven en vervangen door het WK Sportbike, red.) en ik hoop dat ze in deze nieuwe klasse weer veel successen mogen vieren. Ik ga er in ieder geval alles aan doen om daarvoor te zorgen.”
Tekst Jarno van Osch Fotografie Jarno van Osch/Shot Up Productions & Kawasaki
Toegegeven, de Can-Am Canyon Redrock lijkt zo op het eerste gezicht verdacht veel op een BMW R 1300 GS Adventure op drie
In het kielzog van de Speed Twins die vorig jaar al werden opgetuigd met meer elektronische hulpsystemen, volgen nu de
Volgens eigen zeggen was afgelopen seizoen het toppunt van zijn leven tot dusverre. De 21-jarige Kas Beekmans wist Brits kampioen
