De huidige editie van KicXstart is een redelijk unicum in de historie van ’s lands snelste motormagazine. We verruilen namelijk het hele nummer lang – niet even een artikeltje – het vertrouwde asfalt voor, jawel, zand. Hangen onze verhalen eindelijk ook eens in letterlijke zin als los zand aan elkaar. Die transformatie van asfalttijger naar zandhaas gaat niet altijd zonder slag of stoot, weet ik uit ervaring.
Zo was mijn allereerste serieuze offroad ervaring het gevolg van een onvervalst gevalletje jeugdige overmoed door tijdens een redactievergadering veel te enthousiast mijn hand op te steken voor de uitnodiging van de KTM 950 Super Enduro R. Klonk wel stoer. Net als de Erzberg, waar de presentatie plaats zou vinden. Wist ik veel. Er zat hetzelfde blok in als mijn eigen Super Duke, dus wat kon er misgaan?!
Goed, ik heb gedurende de dag in de gietende Oostenrijkse regen nog nooit zo vaak om m’n moeder geroepen en nog nooit zo vaak – letterlijk – het hazenpad gekozen du moment de voorrijder (ex-Dakar natuurlijk) weer eens besloot verticaal van de berg af te dalen op de bonkige KTM. Ik durfde niet eens bij de rand te gaan staan, laat staan met een motor over datzelfde randje te piepen voor een enkeltje dal. Daar stond ik dan, als offroad-wannabe op z’n veel te witte Alpinestars laarzen. Nog een geluk dat de dikke klappen van de twin het knikken van m’n knieën overstemden.
Neemt niet weg dat ik me uiteindelijk op de blauwe piste ook prima vermaakte en vanaf dat moment mezelf plechtig beloofde a) nooit meer m’n hand op te steken voor een semiprofessionele crosspresentatie – dat laat ik nu lekker aan Eric Verhoef over, zie foto – en b) dat ik mezelf de basisbeginselen van het offroad rijden zou (laten) bijbrengen. Want na het stofhappen, moddergooien en tandenknarsen van die eerste keer wist ik één ding zeker: dit avontuur smaakte naar meer. Veel meer.
Absolute charme van offroad rijden is natuurlijk dat dit het zo uitgeknepen cliché van de ‘vrijheid van het motorrijden’ het dichtste benadert. Hier geen wegmarkeringen, vangrails en stoplichten die je richting, tempo of humeur bepalen, maar het ritme van Moeder Aarde zelf. Langs een beek, over een bergkam, door een bos, richting een horizon.
Niet heel lang na mijn onverharde Erzberg-vuurdoop ervaarde ik een van mijn absolute onverharde hoogtepunten in de Spaanse Pyreneeën, waar ik een paar dagen met collega Overzee mee mocht aan de hand (zeg maar kolenschop) van de onvolprezen Johan van de Wal en diens schoonzoon Bas. Oneindig slingeren over geitenpaden, zonder ook maar een ziel tegen te komen (vooruit, een enkele herder) met na iedere bocht toch weer een mooier vergezicht en aan het einde van de rit een goddelijke pan con tomate en beker rioja bij het knisperend haarvuur van een taberna in een door God verlaten bergdorpje. Het was een dag die nooit mocht ophouden, weet ik nog. Een gevoel dat ik bij een trackday nooit had (en zou) ervaren….
Randy van der Wal