Heeft Aprilia het Ei van Columbus te pakken of lopen de eigenwijze Italianen met de RS660 tegen de zoveelste zeperd aan? Als het aan ons ligt het eerste, het kan toch niet anders of er moet in een wereld vol peperdure, 200 + pk sterke superbikes ruimte zijn voor een betaalbare, sympathieke sportmotor pur sang?
1. Pedigree
Het staat buiten kijf dat Aprilia als het aankomt op het maken van puristische hardgaanders als een RSV4 of Tuono V4 absoluut tot de mondiale top behoort. Tenminste, als het om keiharde prestaties gaat. Kijken we naar verkoopcijfers dan is er minder reden tot polonaise bij de Noord-Italianen, verschillende racesuccessen en WK-titels ten spijt.
2. Onderscheidend
Geen dikke superbike voor de happy few maar een subtiel opgebouwde pocketracer voor de liefhebber van ragfijn stuurwerk, een verademing in een middensegment dat wordt overspoeld door de ene (vaak) fantasieloze naked na de andere. Oftewel, de supersport is dood, leve de RS 660…
3. Motorblok
Mocht je denken, ken ik dat blok niet ergens van? Dan klopt dat. Voor de helft. Hoofdbestanddeel van de paralleltwin is de voorste cilinderrij van de V4 1100. Boring is hetzelfde als in de V4, de slag iets langer. Topvermogen? 100 pk en 67 Nm aan koppel. Ter vergelijk: paralleltwins als de MT-07 en Ninja 650 doen het met 75/68 pk en zijn een stuk zwaarder. O ja, en geen A2-knieval want ruim meer dan het dubbele dan de toegestane 35kW…
4. Clip-ons
Geen stuur, pfew. Dat Aprilia desalniettemin mikt op een iets groter publiek blijkt uit het feit dat het merk gekozen heeft voor clip-ons boven de kroonplaat. Dat houdt de zitpositie ontspannen. Voor hardcore racefans wellicht een kleine teleurstelling, maar zolang het niet ten koste gaat van het gevoel aan de voorkant zien wij het door de vingers.
5. Looks
Jaren 90 kleuren op de innovatieve ‘dubbele’ kuip, waarbij het grote vleugelgedeelte over de normale kuip geplaatst is. Dit moet niet alleen aerodynamische voordelen bieden (meer stabiliteit bij hoge snelheid) maar draagt vooral bij aan een effectieve afvoer van de warmte van het blok.
6. Rijwielgedeelte
Aprilia is er altijd goed in geweest een rijwielgedeelte te ontwerpen dat je bij voorkeur een plekje geeft op de schoorsteenmantel. De asymmetrisch banaan-vork (om rechts plaats te bieden aan de uitlaat) knipoogt overduidelijk naar voorvader RS250, waarbij ook die van de 660 scharniert in het blok. Het hoofdframe is net als de swingarm opgebouwd uit aluminium. Droog zet de RS 165 kilo op de schaal, rijklaar 183 kg.
7. Goed spul
De volledig instelbare 41 mm vork komt van Kayaba. Een set radiaal gemonteerde Brembo M4.20 monoblocs (aangestuurd via een radiale hoofdremcilinder) stopt de boel af. Banden zijn (zeer) sportieve Pirelli Rosso Corsa II’s.
8. Elektronica
Aprilia is vol overgave in de digitale APRC-ondersteuning gedoken. Aangestuurd door een zesassige IMU kan de RS bogen op ride-by-wire gasbediening, bochten-ABS, traction control (meerder standen), wheelie control, cruise control (verrassend) een up/down quickshifter, regelbare motorrem en verschillinde power-maps. In totaal doet de RS het met 5 Ride Modes; 3 voor straatgebruik, 2 voor op het circuit.
9. De jeugd
Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst en dus kan je ook op de RS 660 natuurlijk je smartphone linken via ‘MIA’. MIA komt Inclusief telefoonfunctie met spraakherkenning (“MIA, bel thuis, ik doe nog een rondje’) en een navigatie connectie naar het dashboard display.
10. De prijs
Hamvraag: wanneer komt ‘ie en – vooral – wat kost ‘t? Wel hij komt, eh ‘nu’, en de RS660 gaat in Nederland 12.450 euro kosten (11.050 in België). Gezien de toegepaste materialen/techniek en het potentieel van het lichte rijwielgedeelte en het potente blok lijkt ook dat wel goed te zitten.
De eerste test lezen van de Aprilia RS660? Houd de komende KicXstart (NL) /Motorrijder (BE) in de gaten!