Met nog drie races te gaan is Francesco ‘Pecco’ Bagnaia tot op twee puntjes genaderd van kampioenschapsleider Fabio Quartararo. Aanvankelijk stapelde de Italiaan de DNF’s op en lange tijd leek hij te wisselvallig om Quartararo van de titel af te houden … tot hij maar liefst vier races op rij winnend afsloot en het tij keerde. Met een tweede en een derde plek plus zes overwinningen op zak, vormt Bagnaia inmiddels een flinke bedreiging voor Quartararo. Tijd voor een miniportret.
Pecco Bagnaia (Turijn, 14 januari 1997) zet de eerste stapjes van zijn motorcarrière in het minimoto-racen. Gekroond tot Europees MiniGP-kampioen in 2009, wordt hij al snel gerekruteerd door de VR46 Riders Academy. Nadat hij tweede eindigt in het 125cc Pre GP-kampioenschap, neemt Bagnaia in 2011 en 2012 deel aan Spaanse kampioenschappen in respectievelijk de 125cc- en Moto3-categorie. Beide seizoenen sluit hij af met een overwinning en de derde plaats in de eindstand.
In 2013 maakt Bagnaia zijn debuut in het WK Moto3 met Team Italia, voordat hij het jaar daarop zou overstappen naar het nieuw opgerichte SKY Racing Team VR46.
In 2015 scoort hij zijn eerste podium met Team Aspar en vecht hij verschillende keren om een plekje bij de eerste drie. In 2016 volgt dan zijn eerste overwinning (Assen) en met zes podiumplaatsen – waaronder twee overwinningen – sluit hij zijn derde seizoen in de Moto3 af op met een vierde plek in de eindstand.
In 2017 stapt Bagnaia over naar de Moto2 met het Sky Racing Team VR46. Bagnaia pakt vier podiumplekken en wordt Rookie van het Jaar. Het daaropvolgende seizoen pakt hij de Moto2-titel met twaalf podiumplekken, waarvan acht overwinningen. Het levert hem voor 2019 een zitje op de Desmosedici GP-motor van het Pramac Racing Team op.
Na twee ‘leerjaren’ bij Pramac mag Bagnaia in 2021 zijn been over het zadel van de fabrieks-Ducati zwaaien, aan de zijde van Jack Miller. Vorig jaar moest Bagnaia nog genoegen nemen met een tweede plek in de eindstand, maar met nog drie races te gaan strijdt hij nu dus mee om de titel … en dat terwijl hij dit seizoen maar liefst vijf DNF’s op zijn naam heeft staan.
De laatste die met zoveel crashes wereldkampioen is geworden was Wayne Rainey in 1992. Al had dat dan weer alles te maken met de verschrikkelijke crash van Doohan in Assen, die tot dat moment een straatlengte voorsprong had op de rest van het veld. Ondanks een wanhoopspoging tijdens de laatste wedstrijd moest de zwaar toegetakelde Australiër de titel toen alsnog nipt aan Rainey laten.