Toerroute: Van Dinant naar Saint-Hubert (167 km)

Hoewel de herfst zo stilaan z’n intrede doet, liggen de Ardense wegen er nog goed genoeg bij om de bandjes nog eens mooi rond te rijden. Tussen Dinant en Saint-Hubert, bijvoorbeeld. Met 167 kilometer is het een vrij stevige route, maar omdat je amper steden en dorpen doorkruist kan je een aardige gemiddelde snelheid aanhouden.

Starten doen we aan ‘La Maison de monsieur Sax’ in Dinant. Na een paar honderd meter zwenken we al de rechter steile flank van de Maasvallei omhoog om de citadel van aan de andere kant te bekijken. In sneltreinvaart gaat het over stuurwegen van excellente kwaliteit richting Heer en Givet, waar we een prachtig stukje van de Franse Ardennen aansnijden. In het minidorpje Felenne wijkt de route eventjes van de doorgaande weg af en nee, dat is geen fout in het roadbook. Gewoon een confronterend lusje, want je stelt er vast dat in de Ardeense minidorpjes de mensen soms ook in minihuisjes wonen.

Als je in deze uithoek van het land bent, kan een bijna volledig rondje op het circuit van Gedinne niet ontbreken. En ach, dan liggen de kronkelweggetjes in de buurt van Poupehan en Bouillon eveneens voor het grijpen, dus die klassiekers gooien we er ook nog even tussen. Op de terugweg noordwaarts was de brug over de N89 op het moment dat we deze route uittekenden afgesloten voor werken. De kleine omleiding over de N89 en dan links richting Nollevaux spreekt voor zich, maar hanteer het principe ‘kijken, kijken’ toch maar als je de N89 kruist want je ziet het verkeer hier slecht aankomen.

Steden kom je in dit deel van de Ardennen amper tegen en ook de dorpjes zijn niet meer dan een speldenprik op de landkaart. De wegen bieden evenwel bijzonder veel stuurplezier zodat je een mooi tempo kunt aanhouden. De route eindigt op het plein voor de barokke basiliek van Saint-Hubert, een ideale plaats om op een najaarsterras een koffietje te scoren.

Kasteel van Vêves: De eerste sporen van het kasteel van Celles, in de volksmond bekend als het kasteel van Vêves, leiden naar de zevende eeuw en een zekere Pepijn van Herstal. Die liet in de helling een burcht bouwen om de oude route van Dinant naar Rochefort in de gaten te houden. Bij onlusten in 1200 ging het kasteel een eerste keer tegen de grond, waarna het in het begin van de vijftiende eeuw nog een keer afbrandde. Ten tijde van de renaissance werd het kasteel heropgebouwd tot een ‘woonkasteel’ en had het veel minder een militaire functie. Elk weekend waan je je hier voor 8 euro eventjes een echte kasteelheer of -dame.

Fort Charlemont: Genesteld in de oksel van Frankrijk is Givet de plaats waar de Maas België binnen stroomt. Het Fort Charlemont hier de toeristische attractie bij uitstek. Van 1550 tot 1945 speelde dit fort een belangrijke rol in nagenoeg elke oorlog die in de huidige Benelux werd uitgevochten. Verwacht je aan een bijzonder imposant fort met tunnels, opslagkamers en een heus dorp binnen zijn muren.

Circuit de Gedinne: Voor het eerst gebruikt in 1947 is het stratencircuit van Gedinne een absolute klassieker in de Belgische motorsport. Op verschillende versies van het circuit (de huidige variant is korter dan voorheen) werden enkel motorraces georganiseerd.

Euro Space Center: Droom je er net als het kind uit het betoverende lied ‘Ruimtevaarder’ van Kommil Foo van om ooit het heelal te verkennen, dan is een bezoek aan het Euro Space Center in Libin-Transinne een goed begin. Dwarst de route de E411-snelweg, neem dan vijftig meter verder rechts het gravelweggetje. Dat loopt recht naar het Euro Space Center, is goed verhard en daardoor met elke motor te doen.

Tekst en route Bart De Schampheleire                     Fotografie Peter Naessens