Sinds Suzuki een eerste, verbluffend knappe conceptstudie van z’n Recursion liet zien op de Tokyo Motor Show in 2013 – en het kunstje doodleuk nog eens (geüpdatet) overdeed op dezelfde beurs, twee jaar later – was de Recursion de afgelopen jaren zo stilaan in de categorie broodjeaapverhalen aan het verzeilen: op elke motorbeurs gonsde het van de geruchten over de potentiële nieuwkomer in het Suzuki-gamma. De naam werd gepatenteerd, er verschenen patenttekeningen waarop een turbogeblazen blok te zien was, en vervolgens… gebeurde er helemaal niks.
En in 2019? Wel, dit jaar zou – voorwaardelijke wijs, uiteraard – het wel eens van dattum kunnen zijn. Want onlangs doken plots nieuwe patenttekeningen op, die een grondige wijziging qua frame verraden. Op eerdere patenttekeningen werd de motor steevast gebruikt als dragend onderdeel, waarbij de framebuizen van balhoofd tot het scharnierpunt van de swingarm als ruggengraat dienen, met ophangpunten bij de cilinderkop en de achterzijde van het carter. Het nieuwe ontwerp toont evenwel een eenvoudiger opzet, waarbij het blok in een dubbel wiegframe komt te liggen.
Nemen we er even de tekeningen van het in 2015 gepresenteerde XE7-blok bij, dan zien we dat de nieuwe motor van een dubbele bovenliggende nokkenas voorzien zal worden, evenals een compacte turbo en een kleine intercooler. Maar in combinatie met het dubbel wiegframe wordt het plots erg interessant: enkele toevoerbuizen voor de turbo zouden op de Recursion dóór de framebuizen lopen, waardoor zowel ruimte als gewicht bespaard wordt. Het frame zou op de relevante plaatsen afgedicht worden, om de juiste druk en luchtvolumes te kunnen garanderen. En door de subtiele implementatie zou ’t er allemaal nog eens erg bekoorlijk moeten uitzien, zonder dat er kilo’s kuipwerk aan te pas komen. Een volledig naakte turbomotor, iemand?
Het is en blijft uiteraard opletten met patenttekeningen, maar wij hopen alvast dat ‘ie op de eerstvolgende Tokyo Motor Show als productiemodel wordt gepresenteerd. Fingers crossed!