Eerste hulp bij lekrijden

De kans op een lekke band is relatief klein en zeker als je regelmatig de staat van je banden controleert, maar wat als het dan toch gebeurt? De eenvoudigste oplossing is om je smartphone op te diepen en contact op te nemen met de pechverhelping die aan jouw verzekeraar of motorfabrikant gelinkt is. Als alles goed gaat, ben je binnen een paar uur tijd geholpen door de monteur die de nodige reparaties uitvoert. Bevind je je in gebied waar geen ontvangst is, dan wordt het al wat lastiger om hulp te zoeken en zal je zelf aan de slag moeten.

Spuitbus, plug of patch?
In dat geval zijn er verschillende mogelijkheden: het gat dichten met schuim, of een plug (ook gekend als een tap of wiek) aanbrengen. Wat je ook doet, een reparatie die je zelf uitvoert is altijd een tijdelijke oplossing. Een andere optie is om de band te laten repareren door een vakman die een patch aanbrengt aan de binnenkant van de band, de zogenaamde ‘champignon’.

Bandenfabrikanten raden trouwens aan om de band altijd te vervangen na een lek. Bij lekrijden kan de structuur van de band immers beschadigd raken, en naarmate je langer rondrijdt met een gerepareerde band kan die schade ook alsmaar toenemen – met alle gevolgen van dien. Je kunt ook preventief te werk gaan door bij de montage van nieuwe banden gebruik te maken van een bandensealant. Dat is een vloeistof die de binnenkant van het karkas bedekt en een lek meteen dicht wanneer het zich voordoet. We zetten de voor- en nadelen van de verschillende opties op een rijtje.

Sealants
Er bestaan middelen die een lek meteen dichten wanneer het zich voordoet, zogenaamde bandensealants. Heb je de band gemonteerd met zo’n sealant en rijd je lek, dan wordt dat gat meteen gedicht door de sealant en kun je met die ‘instant plug’ gewoon doorrijden. Je hoeft de band dus niet meer te laten repareren. Klinkt als de ideale oplossing, maar er zijn wel een aantal zaken om rekening mee te houden.

Zo raadt fabrikant Slime, een van de pioniers op het vlak van bandensealants, zelf het gebruik af in sportmotoren omdat de onbalans en trillingen in de voorband (door de vloeistof die aan hoge snelheid alle kanten op slingert) te groot kunnen worden en afbreuk doen aan het rijcomfort.

Andere merken zoals Ride-On werken dan weer tegelijkertijd als balancer, waardoor je geen loodjes meer hoeft te monteren en de producten ook drukverlies voorkomen omdat het loopvlak van de band hermetisch wordt afgesloten. Ook de duur van de werking van het product is iets om rekening mee te houden, het merk GS27 maakt zelf gewag van vier maanden, Muc-Off heeft het over zes maanden. Naast de producten waarmee je zelf aan de slag kunt, zijn er ook fabrikanten als Wheel Secure; zij bieden een sealant die enkel door professionals aangebracht mag worden.

Wheel Secure
Wheel Secure is een Frans product afkomstig uit de militaire industrie. De thixotrope eigenschappen van de sealant (bij beweging verandert de vloeistof in een vaste stof) elimineert beweging in de band tijdens het draaien, waardoor er geen trillingen ontstaan zoals bij sommige andere sealants. Daardoor is Wheel Secure ook bruikbaar in een voorband, in tegenstelling tot producten die vloeibaar blijven.

Een ander voordeel is dat Wheel Secure vulkaniseert wanneer het bij lekrijden in contact komt met asfalt, terwijl andere gelijkaardige producten gewoon uitdrogen. Het merk claimt dat het in staat is om  gaten in het loopvlak met een diameter tot 6 mm te dichten. Wheel Secure is uitsluitend verkrijgbaar bij professionals zoals bandencentrales, dealers…

Prijs: ca. € 30,- voor twee banden
Meer info: wheelsecure.com

Sta je met een lekke band langs de kant van de weg, dan zijn er drie mogelijkheden: een interne patch (enkel te plaatsen door een pro), een plug (ook wel tap of wiek genoemd), en een spuitbus met schuim. Een overzicht van de voor- en nadelen.

1. Interne patch
De enige oplossing die door bandenfabrikanten en professionals wordt aanvaard is een patch aan de binnenkant van de band, ook wel ‘een champignon’ (of ‘paraplu’) genoemd. Deze interne herstelling heeft twee voordelen: de band moet worden gedemonteerd en dus kan de binnenkant goed worden geïnspecteerd; zo kan schade aan het licht komen die vanaf de buitenkant niet zichtbaar is.

Bovendien kan een patch niet loskomen of uitgeworpen worden tijdens het rijden, een gevaar dat bij pluggen wel bestaat. Nadeel is dan weer dat een champignon enkel door een specialist aangebracht kan worden. De kostprijs ligt rond de 40 euro, eventueel aan te vullen met extra uurloon voor het demonteren en terug monteren van het wiel.

2. Pluggen
De bekende tubeless-bandenreparatiekit is een van de meest gebruikte oplossingen als je je reis snel wil verderzetten, of als je niet de mogelijkheid hebt om er een professional bij te roepen. Terwijl er ontelbare, probleemloze kilometers zijn afgelegd met een geplugde band, zijn er evenveel verhalen over plugs die stuk gaan door een combinatie van slijtage en centrifugale krachten. Voorzichtig zijn is dus de boodschap; een plug mag nooit meer zijn dan een tijdelijke oplossing die je tot de eerstvolgende bandencentrale of garage brengt waar het probleem deftig bekeken kan worden.

De voordelen van deze kits zijn dat ze relatief eenvoudig zijn in gebruik en een oplossing kunnen bieden in zelfs de meest afgelegen gebieden, nadeel is dan weer dat de montage wel wat kracht vergt. De meeste sets bevatten het nodige gereedschap om de reparatie uit te voeren, sommige voorzien een QR-code die naar een video met montage-instructies leidt. Voor zowat alle beschikbare setjes zijn er navullingen beschikbaar van zowel de pluggen als de CO2 patronen zodat je na gebruik niet telkens een volledige set hoeft te kopen.

Prijs: GIVI S450 ca. € 45
Meer info: rad.eu

3. Spuitbussen
Bandenreparatiespuitbussen bevatten een vloeibaar of schuimend product dat je eenvoudig in de band of binnenband spuit om het lek te dichten. In de verschillende gebruiksaanwijzingen staat overigens altijd heel duidelijk aangegeven dat het effect van deze producten tijdelijk is en dat ze moeten worden gevolgd door een betrouwbaardere reparatie (of vervanging van de band).

Omdat hun werking de band kan beschadigen of zelfs de velg poreus kan maken, moeten ze relatief snel na het aanbrengen weer worden verwijderd. Fabrikant Ipone vermeldt bijvoorbeeld een maximum van 48 uur dat het product mag blijven zitten. Het voordeel van reparatiespuitbussen is dat ze supermakkelijk in gebruik zijn, in hun nadeel spreekt dat ze – nog meer dan een zelf aangebrachte plug – beschouwd moeten worden als een noodoplossing. Bovendien rekenen sommige bandencentrales kosten aan voor het reinigen van deze schuimproducten, die uitdrogen en doorgaans lastig te verwijderen zijn.

Deze spuitbus, bruikbaar om zowel tubeless banden als binnenbanden te herstellen, bevat een schuim op basis van latex waarmee je enkele honderden kilometers kunt rijden tot een definitieve reparatie mogelijk is. De inhoud van 300 ml is geschikt voor een maximale banddiameter van 15 tot 16 inch, dus scooters of kleine motorfietsen. Voor de meeste motoren, met wielmaten tussen 17 en 21 inch, heb je twee spuitbussen nodig.

Prijs: MOTUL MC CARE P3 TYRE REPAIR ca. 20 euro voor een spuitbus van 300 ml
Meer info: mybihr.com

Het uitgebreide dossier rond lekrijden en bandenreparaties, inclusief geïllustreerd stappenplan bij elke oplossing, tips bij lekrijden en toelichting van de bandenfabrikanten kan je terugvinden in de Toeren Special 2024.

Tekst Yannick Leverd • Fotografie Grégory Matthieu, Peter Naessens